Zondagbrief 20 november 2016: Hopen op betere tijden.
De Turkse regering wil niet langer met me praten. Zo hebben ze aan Martin Schulz, de voorzitter van het Europees Parlement, laten weten. Een echte reden is niet opgegeven, maar mijn kritische houding jegens het beleid van president Erdogan zal zeker de doorslag hebben gegeven.
Ik vind dat oprecht jammer. Jammer, omdat ik als rapporteur van het Europees Parlement over Turkije juist altijd de dialoog heb gezocht. Vaak tegen de opvatting van veel van mijn collega-parlementariërs in.
Waarom pleit ik dan toch voor bevriezing van de onderhandelingen over toetreding van Turkije tot de Europese Unie? Hoe valt dat te rijmen met mijn opkomen voor dialoog? De afgelopen drie jaar zien we Turkije steeds verder afzakken.
De laatste weken is het voor iedereen duidelijk dat de noodtoestand die afgekondigd is na de mislukte couppoging, is misbruikt om tien van mijn collega’s in het Turks parlement achter slot en grendel te zetten, honderden journalisten monddood te maken, burgemeesters uit hun functie te ontheffen en tienduizenden burgers te ontslaan of arresteren.
De onderhandelingen over EU-lidmaatschap worden zo ongeloofwaardig. Daarin staan de waarden van de Europese Unie centraal – respect voor rechtsstaat, mensenrechten, democratie en persvrijheid. Allemaal zaken die nu door deze Turkse regering met voeten worden getreden. Turkije slaat zo zelf de deur dicht.
Na vele uitingen van bezorgdheid, is het punt aangekomen om een duidelijk signaal af te geven. Daarom pleit ik ervoor om die toetredingsgesprekken voorlopig in de ijskast te zetten. Wel met de hoop dat er op een gegeven moment weer betere tijden aanbreken in Turkije.
Dat betekent niet dat er geen politiek gesprek meer kan plaatsvinden met Turkije. In tegendeel. Juist in deze fase is een dialoog van belang. Daarom wilde ik de afgelopen dagen samen met mijn Duitse christendemocratische collega, Elmar Brok naar Ankara.
Ik ben niettemin vast van plan om naar Turkije te blijven reizen. Hopelijk om toch ook regeringsvertegenwoordigers te kunnen ontmoeten, maar in ieder geval om te spreken met leden van de oppositie en maatschappelijke organisaties. Hun stem verdient het om gehoord te blijven worden.
Deze week is er op ons initiatief een plenair debat in het Europees Parlement over Turkije. Het ziet er nu naar uit dat de overgrote meerderheid van het parlement dan de oproep zal steunen om de onderhandelingen over toetreding voorlopig te bevriezen. Dat is vervolgens het advies dat wij premier Rutte en zijn Europese collega’s meegeven. Uiteindelijk is het aan hen om tijdens de Eurotop in december de knoop door te hakken.
Ik kan me voorstellen dat sommige van mijn Turkse vrienden zich in de steek gelaten zullen voelen. Maar de ontwikkelingen in Turkije laten het Europees Parlement op dit moment geen andere keus. Niemand is ermee gediend wanneer de EU haar eigen waarden en principes niet serieus neemt. Een fijne zondag,
Kati Piri
Europarlementariër